De natuur laat zich niet leiden, maar de groeiomstandigheden van gewassen zijn wel te optimaliseren. Aardappelteler en onderzoeker Klaas Schenk uit Anna Paulowna draait hiervoor aan de knoppen als zoetwaterboer.
Over een halve generatie zal op veel plekken geen zoetwater meer zijn en niet iedereen wil zeewier eten, volgens Schenk. “De zeespiegelstijging is redelijk onomkeerbaar en wij als land dalen, waardoor meer verzilting ontstaat. Ook van het IJsselmeer.”
Hoeve Lotmeer, het akkerbouwbedrijf van Schenk, is ingericht als onderzoeks- en expertisecentrum voor het project Zoetwaterboeren. Met partners als Pipelife en Vertify wordt het duurzaam waterbeheer in de agrarische sector ontwikkeld.
Schenk heeft zijn land van 30 hectare onderverdeeld in verschillende blokken om de technieken te onderzoeken en te demonstreren. Hij vertaalt hiervoor gegevens van onderzoek uit het Middellandse Zeegebied.
De ondernemer wil de weg voorbereiden voor andere akkerbouwers door een antwoord te geven op het beregeningsvraagstuk. “Dit loopt misschien ver op de muziek uit, maar ik ben overtuigd dat het over tien tot twintig jaar noodzaak is. Veel zoetwater verdwijnt als het zo doorgaat”, zegt Schenk.
Invloed boer
Het doel is om de continuïteit van de teelt te behouden zodat de aardappelen na honderd dagen geoogst kunnen worden. “Ik wil niet dat mijn gewas 14 dagen stilligt door warmte en droogte, of wordt geteisterd door extreme regenval waardoor ziekten en plagen ontstaan.”
Als zoetwaterboer heeft hij voor een vierde invloed op het geheel. In plaats van de 80 procent die in eerste instantie door de natuur werd bepaald. Om de teelt meer in de vingers te krijgen, maakte Schenk in 2020 de omslag naar precisielandbouw. “De ratrace van alsmaar groter worden, tegenover alle kostenstijgingen gingen ten koste van de kwaliteit en de arbeidsvreugde. Dat begon te knagen.”
Na vier jaar deed Schenk uiteindelijk meer dan de helft van zijn land weg en woont nu op loopafstand van de boerderij. De bedrijfsomslag is niet per se goedkoper, maar wel efficiënter. “Ik heb meer opbrengst en de partij aardappelen heeft een betere maatsortering. Bovendien gaan de kosten van diesel omlaag doordat zo’n 40 procent van het water niet meer hoeft te worden verpompt.”
Beregenen
Water dat valt, wordt vastgehouden onder de wortels van de gewassen. Door het grondwater op peil te houden, is de bodem weerbaarder en wordt verzilting tegengegaan. “Voorheen werd het land met een haspel en een sproeier beregend, waardoor het gewas in een keer heel veel water kreeg. Nu wordt met druppelirrigatie gekeken naar het juiste moment van het geven van water en voedingsstoffen”, zegt Schenk. Schimmels krijgen hierdoor ook minder kans.
Overleven droogte
Langere periodes van droogte kunnen beter overleefd worden. De boer hoeft ook niet bang te zijn, dat het bedrijf bij waterschaarste wordt afgesloten van het IJsselmeer. De technieken zijn geschikt voor ieder gewas dat waterbehoeftig is en niet diepgeworteld is. Denk aan ui, wortels en kool, maar ook aan het tulpengewas.
Schenk merkt wel dat tulpenkwekers terughoudender zijn. “Sommige boeren zeggen wel eens, ‘nou als het zo moet’, dan hoeft het van mij niet meer. Toch zullen we ons moeten aanpassen aan de omstandigheden van het klimaat waarin we ons werk moeten doen.”
Een geschikt moment voor een omslag kan zijn, als kwekers toe zijn aan nieuwe drainage. De boer als vakman is daarbij onmisbaar. “Vooral om te zien hoe het gewas zich ontwikkelt, maar ook voor het aanvoelen van het weer. Sensoren kunnen onder meer vocht en koude meten, maar welke vervolgstappen worden genomen, ligt in handen van de boer.”
Voor meer informatie: greenportnhn.nl/projecten/zoetwaterboeren.
Door Yildiz Celie