0°C

De constante uitdaging van Bejo

De taak voor groentezaadbedrijven om sterke en robuuste rassen te veredelen, wordt steeds belangrijker. Ervoor zorgen dat de zaden van deze rassen optimaal presteren en bescherming bieden tegen omgevingsfactoren hangt hier mee samen.  “Duurzame teelt en betrouwbare opbrengst zijn de prioriteiten geworden”, zegt Liesbeth van der Heijden, senior researcher bij Bejo in Warmenhuizen. “Gelukkig houden wij onderzoekers wel van een uitdaging.”

Dat de tijd van lukraak spuiten met gewasbeschermingsmiddelen om ziekten en schimmels te bestrijden voorbij is, is wel een goede zaak. Dat vindt ook Van der Heijden. “Door alle technologische ontwikkelingen en kennisontwikkeling, is de inzet van gewasbeschermingsmiddelen in de afgelopen decennia overigens wel enorm veel effectiever geworden. Maar nu het gebruik van chemische middelen nagenoeg verboden lijkt te worden, staan we wel op een keerpunt. Ik zie hier en daar wel wat paniek ontstaan in de sector.”

Al reeds twintig jaar onderzoekt de onderneming mogelijkheden  waarin geanticipeerd wordt op een toekomst met minder chemische opties om rassen te beschermen tegen schimmels en ziektes. “Ger Beemsterboer is daar de grondlegger van geweest. Op zijn basis bouwen wij nu verder”, zegt Robert Schilder die als verkoopmanager Benelux en Scandinavië een belangrijke schakel vormt tussen de onderzoekers bij Bejo en de afnemers. “Zo kunnen wij inmiddels onze zaden met fysische ontsmettingsmethoden vrij maken van overdraagbare ziekteverwekkers. Hier komt geen enkele chemische behandeling meer aan te pas”.

Een van de paradepaardjes van Bejo is de ontwikkeling van het zaadverrijkingsmiddel B-Mox dat in 2016 werd geïntroduceerd. Een behandeling van het zaad die zorgt voor een sterkere en minder stressgevoelige plant. Schilder: “Het is een succesverhaal dat laat zien wat de combinatie van veel onderzoek met ervaringen uit het veld mogelijk maakt.”

Het zijn ontwikkelingen die mede mogelijk zijn gemaakt door het werk van Liesbeth van der Heijden en Bert Compaan, Research Manager Seed Pathology. “Het is prachtig dat we deze ontwikkelingen voor elkaar hebben gekregen”, stelt Compaan. “Maar of we snel genoeg gaan om de beperkingen bij te houden, is de vraag. Het lijkt er sterk op dat we onze oude jas al weggooien en de nieuwe nog niet klaar is. Ik ben ervan overtuigd dat we binnen onze sector de kennis en expertise hebben om nog duurzamer te kunnen werken in de toekomst. Maar we moeten oppassen dat we niet te snel willen en dat we echt met goede besluiten komen.”

Zo denkt het drietal van Bejo dat een einde maken aan al het gebruik van chemische middelen een brug te ver is. Van der Heijden: “Biologische alternatieven zijn echt niet altijd beter voor de leefomgeving. Ik geloof juist dat een gerichte toepassing van chemische stoffen in sommige gevallen beter is dan een biologisch alternatief. Waar het in mijn ogen om gaat is dat we naar een steeds duurzamere teelt gaan die genoeg oogst oplevert.”

Iets wat Schilder beaamt. “We moeten niet vergeten dat we straks met zo’n negen miljard mensen rondlopen op deze aardbol. Die moeten wel genoeg eten hebben en liefst een beetje gezond.”

“Daarom onderzoeken wij constant nieuwe technieken en werken we aan het verkrijgen van nieuwe inzichten”, stelt Van der Heijden. “Dat is geen dagelijkse routine maar wel een hele mooie uitdaging waar we ons graag voor inzetten.”

Wees sociaal, deel lokaal!

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp
Voor meer informatie, kunt u onze Facebook pagina bezoeken!

Relevante artikelen

Heeft u ook een mooi verhaal?

Tip onze journalisten!

Heeft u ook een mooi verhaal voor de Westfrieskrant?

Tip onze redactie!

Wij vertellen graag uw verhaal. Stuur uw artikel met goede kwaliteit beeldmateriaal op naar: redactie@mediain.nl